Gedachten zijn net zuurstof voor ons brein, en zonder ademen zijn er ook geen gedachten. Denken vindt plaats door middel van onze ademhaling.
Denken en ademen zijn dus onlosmakelijk met elkaar verbonden.
De essentiële verbinding met het collectieve denk-veld, met het mentale veld, vindt dus plaats door onze ademhaling.
Met onze inademing scheppen wij vanuit dit veld en met onze uitademing geven wij onze persoonlijke uitkomst daaraan terug. Door middel van onze ademhaling zijn wij kleine persoonlijke denk-wezenheden die het mentale veld, dus denk-voeding, doorgronden, in stand houden en verder ontwikkelen.
Onze manier van ademen laat zien met welke denk-afdeling wij ons willen verbinden. Ademen wij kort en oppervlakkig, dan is de gedachtenlading die wij ontvangen en afgeven snel en ongeordend. Ademen wij langzaam en diep, dan zijn de gedachten kalmerend en doeltreffend.
In ons is dus een systeem dat ervoor zorgt dat wij ten eerste überhaupt gaan ademen, en ten tweede uit welke afdeling wij input willen of nodig hebben. Met alles wat wij denken, en waarover wij vervolgens praten, versterken wij de desbetreffende denk-afdeling, dus de voeding voor het collectief.
Wie stuurt ons denken?
Omdat wij niet kunnen zeggen dat wij ons ademen zijn, kunnen wij ook niet zeggen dat wij ons denken zijn. Beide zijn werktuigen die wij gebruiken gedurende onze aanwezigheid op aarde. Het is raadzaam om zich in alle rust een keer af te vragen, wie het is die in ons denkt. Wie of wat het is, dat ons denken stuurt, en wie bepaalt met welke denk-afdeling wij ons verbinden.
Als wij ons dit soort vragen niet stellen, gaan wij er automatisch van uit dat wij ons denken zijn. Ons denken volgt dan volledig automatisch ingestelde denkprogramma’s, die aan de hand van de denkpatronen van thuis, school en maatschappij zijn opgesteld. Deze patronen hebben wij alsmaar weer geoefend, en hoe beter onze herhaling, des te meer succes en erkenning ontvangen wij.
Maar stellen wij ons wel de vraag, wie in ons denkt, dan kunnen wij ook de volgende stap gaan zetten en ons denken gaan observeren. Hoe ziet ons denken eruit als wij gestrest en gespannen zijn, of als wij in de verdediging schieten? Lukt het ons dan überhaupt om de positie van de waarnemer in te nemen? Of zuigt het denken ons weer in een donkere ruimte en slurpt het onze energie leeg terwijl een automatisch ingesteld programma loopt?
De positie van de waarnemer
Stellen wij ons als doel om in de positie van de waarnemer te gaan, dan maken wij stapje voor stapje vorderingen. Wij reageren dan niet direct bij een volgende provocatie en blijven even rustig. Misschien dat er dan in ons een beeld ontstaat, bijvoorbeeld dat wij in een ronde toren zitten en uit het raam kijken en daar buiten ons denken een raar wezen is, een soort inktvis die met zijn donkere tentakels wild tekeer gaat, of iets dergelijks.
En hoe ziet ons denken eruit als wij ontspannen zijn en ons op ons gemak voelen? Wat voor een kleur of vorm heeft het dan? Is het op zo’n moment misschien een rustig kabbelend riviertje of een heldere blauwe hemel? Kunnen wij het beeld van het torentje dan überhaupt nog toepassen of heeft dit zich al in de omgeving opgelost en zijn wij alleen nog maar als de vormloze waarnemer in dit moment aanwezig?
Als wij ons bewust worden van de altijd doorlopende gedachtenstroom in ons, die net als de wolken voortdurend aan de hemel langstrekken en als wij ons daarmee niet meer gaan identificeren, dan is onze ademhaling volledig vredig en wordt een andere vorm van uitwisseling geactiveerd, die wij ‘stilte’ kunnen noemen. Stil zijn betekent het loslaten en overstijgen van ons dwangmatige denken. Stil zijn is als een brug naar de andere kant, die ons een andere mentale voeding laat toekomen. Voeding die wij intuïtief waarnemen.
Intuïtie
Intuïtie is dus een soort vertaling van het weten vanuit de andere kant die wij op zielsvlak direct waarnemen. Intuïtie is altijd kalm en wetend, en intens doeltreffend. Er zijn geen vragen meer, en woorden zijn er ook niet. Het intuïtieve weten wordt direct in onze ziel opgenomen, dit gebeurt met een extreme snelheid die ons denkproces bij verre overschrijdt.
Denken is vele malen trager dan intuïtie, vloeit niet zo mooi binnen en is meer hoekig. Intuïtie is weten vanuit buiten de tijd dat aan ons dwangmatige denken voorbijgaat. Vandaar dat wij het verschil in ons binnenste ook duidelijk kunnen waarnemen, mits wij naar de stilte luisteren.
Intuïtie is heel zacht, het is net zo verfijnd als ons zielengewaad, vergelijkbaar met de rook van brandende wierook. Ze beweegt aan de rand van onze gewone waarneming en dringt zich niet op. Ze wil ons niet overhalen of overtuigen, daarvoor heeft ze te veel respect voor onze vrije keuze. Maar als wij een beroep op haar doen, is ze er altijd.
De taal van ons Goddelijke aspect, van ons Hoger Zelf ontvangen wij als intuïtie. Wij kunnen dit ook ons ware Zijn, ons vormloze bewustzijn, onze bron of herkomst, of God in ons noemen. Hoe dan ook, wij als mens staan er altijd mee in verbinding.
In de stilte luisteren
Dus op het moment waarop wij rustig ademen en in de stilte luisteren, ontvangen wij door onze intuïtie alles wat wij nodig hebben.
Dit zijn zelden lange verhalen, maar meestal korte aanwijzingen die behulpzaam zijn om de volgende stap te kunnen zetten.
Het kunnen ook beelden zijn die wij te zien krijgen, bijvoorbeeld een bepaalde vogel in de lucht of een tak aan een boom die net iets anders waait dan de rest. Of een bepaalde geur die ons aan iets doet denken.
Wat het dan ook is, de impuls met zijn informatie mist het doel nooit. Als wij iets intuïtief waarnemen zijn er geen vragen of overwegingen meer, wij weten het gewoon zonder vraagtekens.
En pas daarna schakelt zich ons denken in en wordt meestal het net intuïtieve gegeven in vele kleine stukjes gehakt waardoor vraagtekens ontstaan. Klopt dit wel of was dit echt zo of heb ik mij dit net verbeeld, zal wel niet waar zijn, is zeker iets dat ik heel sterk gewenst heb en dat ik dit daarom nu denk enz.
Dit zijn allemaal activiteiten van ons denken dat nu probeert om intuïtie in zijn systeem te duwen. Maar dat gaat helemaal niet, het is alsof een programma in onze computer zou proberen onze gevoelens te begrijpen en te sorteren.
Inwijding
Intuïtie hoort bij onze IK-kracht en is deel van ons vuur. Denken hoort bij onze ademhaling en is deel van onze lucht. Deze beiden krachten staan in de astrologie tegenover elkaar en zullen met elkaar samenwerken. Zodra wij in evenwicht zijn – wat betekent dat wij in rust zijn en naar de stilte kunnen luisteren – ontvangen wij intuïtief bijvoorbeeld het antwoord op onze vraag.
Onze IK-kracht geeft dit als impuls aan ons denken door. Taak van ons denken is nu om dit mooi te verwoorden, om woorden te vinden of te scheppen die in overeenstemming zijn met de intuïtie. Dus het openen van onze mentale poort naar de kosmische brug, van waaruit wij onze goddelijke voeding en onze inwijding ontvangen.
En op dat moment waarop wij onze intuïtie verwoorden, dus onze waarheid gaan uitspreken, begint deze op aarde te leven en vindt de uitwisseling tussen mens en God plaats. Ons Hoger Zelf laat ons toekomen wat wij door ons denken en door onze woorden in het mentale veld laten vloeien. En vandaaruit halen wij dan allen deze informatie doormiddel van onze ademhaling in ons dagelijkse leven, en voeden wij elkaar.
Drie uitdagingen
Wat hiervoor belangrijk is, is ten eerste het overwinnen van de angst om iets verkeerds te kiezen. Dat kan helemaal niet, want als mens zijn wij een soort avatar van ons Hoger Zelf. Zijn wij in evenwicht en luisteren wij naar de stilte, dan is de waarneming foutloos. Alleen angst-denken kan deze kosmische verbinding belemmeren.
Dan is het nodig om de afkeer tegenover de wereld met mensen te overwinnen, die zich nog met hun dwangmatige denken identificeren. Wij zullen licht in de donkerte brengen, maar dat doen wij niet door te proberen het licht in hen aan te zetten.
Wij zullen het licht in ons zélf aanzetten, de verbinding met ons Hoger Zelf ontdekken, gebruiken en versterken. Dan maken wij licht overal waar het leven ons heen leidt. Op een berg alleen is het niet moeilijk om de verlichting te bereiken. Het ware examen over onze bekwaamheden vindt middenin het leven tussen de mensen plaats.
Ook de zelftwijfel om iets verkeerds te kunnen zeggen, wil overwonnen worden. Als wij verse lucht diep in onze buik inademen en met onze uitademing rustig gaan spreken, zeggen wij altijd wat gezegd wil worden.
Vertrouwen in de eigen intuïtie is en blijft de belangrijkste sleutel naar de bewuste verbinding met ons Goddelijke deel, en twijfel ondermijnt dit vertrouwen ten zeerste.
Wij zijn zelfstandige wezens die als mens op aarde voor een bepaalde tijd een ervaring opdoen. Hierbij is onze vrije wil een belangrijke wet van ons Hoger Zelf, dat niet aangetast wordt. In onze menselijke ontwikkeling wordt niet ingegrepen, tenzij wij erom bidden. Ons denken en praten is daarvoor een belangrijk werktuig, omdat wij daarmee zelfstandig de blauwdruk scheppen van wat zich vervolgens op aarde gaat materialiseren.
Voor de eerste twee foto’s van de komeet Neowise gaat mijn dank uit naar Marc van Houwelingen
Prachtig in woorden gevangen, Heidrun. Dank je wel!
Bedankt Anneke! 🙂
Wat weer een prachtig artikel , Heidrun. Dank je wel!
Dat is heel aardig van je Jitske! 🙂
Lieve Heidrun,
weer een prachtige beschrijving van de processen, die zich afspelen, bewegen
door ons heen , tussen intuïtie en denken. Ademhaling en denken, Ik kracht en Hoger Zelf.
Heel veel dank, Liefs Regina
Dank je wel Regina! 🙂